Ik wandel op de berg en het is als of ik wandel door een prachtige tuin, gevormd door het verlopen van de tijd,

in intieme verbinding van de aarde met de mens, een harmonie, de eeuwen overlevend terwijl de aarde haar van alles voorzag

De aarde

 

Ik doorkruis de, door de bloeiende amandelbomen wit getinte, vallei en beklim de berg, het slingerend pad volgend  door een intens groen. …..

Heide, bergroosjes en lentiscos bloeien aan de kanten. Rozemarijn, tijm en venkel vermengen zich, daarmee de lucht perfumerend met hun aroma, vermengd met het aroma van de zee dat land inwaards penetreert. Aromatische planten die altijd werden gebruikt, oftewel als ingredient, als medicijn of om de likeur van het eiland te maken, de Hierbas Ibizencas.

Grote naaldbossen bedekken de berg, zorgend voor een groene deken. Naaldbomen die de eilanden de naam Pitiusas geven, en welk hun hout decennialang werd verbrand om carbón te produceren, welke zelfs geëxporteerd werd.

In de schaduw van de naaldbomen: de sabinas, de eerste bomen die deze eilanden bedekten, al sinds duizenden jaren. Veel van diens oude stammen versieren en steunen de daken van kerken en boerderijen. Het hout van de sabina was zo gewild dat de kap verboden moest worden.

Ik wandel verder op het pad langs de kale vijgenbomen, die binnen enkele maanden vol bladeren en later vruchten zitten.

Verderop groeien de olijvenbomen met hun gedraaide stammen, oude olijven  die onderdeel lijken te zijn van een sprookjeslandschap.

Enkele pita´s, van wiens bladeren de vezels werden gebruikt voor het maken van de traditionele sandalen vergroeien, in de steek gelaten, met de oude stenen muurtjes.

Mijn  stappen voeren me ook langs de sporen van dit landelijke verleden: terrassen met lang vergeten gewassen, in ongebruik geraakte waterdepots, een bron, getuige van de traditionele dans, kalkovens en allerhande resten van een Ibiza dat zich verzet tegen dood gaan.

Vanaf de klif, aan het eind van de wandeling staar ik over de zee en de berg.

Een eindje verderop heeft de mens zijn ergste en meest recente spoor al gelaten: de ongecontroleerde cementvelden.